Sterke vrouw Eve, ambitieuze advocate, mama en mantelzorger over haar uitdagingen

Sterke vrouw Eve, ambitieuze advocate, mama en mantelzorger over haar uitdagingen

 

Ontdek hier de favoriete outfits van Eve.

 

Annemie: Dag Eve

Eve: Dag Annemie

Annemie: Dag Eve, je bent een heel succesvolle vrouw, en zoals bij heel veel krachtige succesvolle vrouwen, weten wij eigenlijk niet wat daar achter zit? Welk leven zij geleid hebben? Want jij hebt wel heftige dingen al meegemaakt. Je had geen evidente kindertijd, en op je 14 jaar stond jij al zelf voor de rechtbank te pleiten. Wat was er gebeurt?

Eve: Klopt. Euhm, mijn moeder en ik, dat is altijd een moeilijke relatie geweest. En ik was weggelopen van thuis.

Annemie: Hoe oud was je toen?

Eve: Ik was 14.

Annemie: Echt zo een puber die zegt van "ik vertrek"?

Eve: Ja, inderdaad. En in de rechtbank, dat was toen ook de eerste keer dat ik pleitte. En ik pleitte toen echt voor mijn leven. Ik moest het daar gaan uitleggen, wat er aan de hand was en waarom ik was weggegaan. Ik herinner me dat nog heel goed, ik voelde me zenuwachtig en klein. En dat was zo een groot en imposant gebouw. De rechter keek zo streng. Mijn ma had advocaten. Dus dat was wel een heel spannend moment. En dan stond ik recht, ik zette een stap en ademde eens diep in. En dan begon ik mijn verhaal te vertellen. En dat was een soort oerkracht. En eigenlijk dat ritueel, dat ben ik blijven doen, ook als ik later naar de rechtbank moest gaan.

Annemie: Ja, want je bent, voor wie het niet moest weten. Je bent ook advocate. Jij pleit voor de rechtbank. Dus dat is ook jouw vak geworden. Maar toch wel heel bijzonder, dat je als 14-jarig meisje moet pleiten voor jezelf.

Eve: Ja, ik had wel een pro deo advocate, dat wel. Maar op een gegeven moment vroeg de rechter ook om mij te horen. En ik beseft toen ook van, "nu moet ik het haar vertellen en het is erop of eronder". En ik weet nog goed, ik heb dan in één trek gewoon doorgepraat. En op het einde keek die rechter naar mij, dat was een oudere vrouw. Onze blikken kruisten en daar zat zo een moederlijke warmte in.

En toen wist ik van, "het is ok". En voor mezelf dacht ik daarna van "als ik dit kan, dan kan ik alles". En dat is echt de rode draad door mijn leven geworden.

Annemie: Ja, wat is er toen met jou gebeurt? Jij was thuis weggegaan, maar waar komt een 14-jarig meisje dan terecht?

Eve: Ik ben dan geplaatst in een opvangtehuis.

Annemie: Ja, en welke herinneringen heb je aan die periode?

Eve: Dat was een heel moeilijke periode.

Annemie: Ja, want je ging niet zomaar naar het paradijs.

Eve: Nee, je komt daar in heel moeilijke omstandigheden terecht met allemaal jongeren die je niet kent. Eigenlijk is heel je leven, je thuis, alles wat je kende, weg. Want uiteindelijk was dat bij mij zo ver, dat opvangtehuis was in Leuven, en ik heb toen gevraagd of ik toch niet naar mijn school in Lier mocht teruggaan. Want daar was mijn leven.

Annemie: Dat was jouw houvast.

Eve: Dat was mijn houvast. Daar had ik nog mensen en vrienden. Dat heeft er uiteindelijk toe geleid dat ik een neef ben tegengekomen op de trein. Wat er ook voor gezorgd heeft dat het contact met mijn grootouders langs vaderskant, opnieuw is opgestart. En waardoor ik dan ook pleegkind ben geworden bij mijn grootouders. Dat is mijn redding geweest.

Annemie: Ja?

Eve: Ja, want in dat opvangtehuis zit je met allemaal jongeren met elk hun eigen problemen. Elke jongere heeft zijn eigen verhaal.

Ik denk dat dat ook heel oneerlijk is dat ik, van alle jongeren die daar zaten, de enige ben die op haar poten is terecht gekomen. {..}

Annemie: Je had dus ook een moeilijke start in het leven. En dan ben je jezelf wel op de kaart gaan zetten, je bent beginnen studeren.

Eve: ja klopt, ik heb eerst criminologie gestudeerd en daarna heb ik dan rechten gedaan.

Annemie: Ja, hard gewerkt maar ook met goed resultaat. Je hebt heel goede resultaten behaald.

Eve: Ja ik had altijd grote of grootste onderscheiding. Dat ging mij heel natuurlijk af. Rechten is voor mij een heel logisch systeem. Als je dat begrijpt dat wordt dat heel logisch.

Annemie: Dus zo heb je jezelf toch wel echt op de kaart gezet. Je hebt jezelf dan een goede start gegeven. En toen?

Eve: Euhm... Op een gegeven moment kreeg ik telefoon. Dat was mijn beste vriend, en die had een auto ongeluk gehad. En de boodschap was letterlijk "Als je Stefaan nog levend wil zien dan moet je hier binnen de 24h zijn".

Annemie: Jij kreeg dat bericht in Vlaanderen?

Eve: Ja, ik kreeg dat bericht van zijn moeder. Dat was natuurlijk moeilijk. Ik had geen passpoort, ik dacht hoe ga ik daar binnen de 24h geraken? Ik zat hier, hij zat in Amerika.

Annemie: Maar je was wel vastbesloten om naar daar te gaan. Je wilde er heen?

Eve: Ik wist, al wist ik toen nog niet waarom, ik wist dat ik er naar toe moest. En uiteindelijk is dat gelukt. Ik weet nog 5 voor 4, ik belde naar iemand voor de registratie van mijn humanitair paspoort, en die zei ja morgen zijn we terug open. En ik antwoordde van, "dat gaat niet, ik heb maar 24 uur". Ik heb dan eerst mijn verhaal uitgelegd en ze zei dan, "ik wacht op u, kom maar naar hier, ik wacht op u". En binnen heel dat verhaal ben ik af en toe zo van die mensen tegen gekomen en dat heb je nodig, anders geraak je er niet. Ik was er niet binnen de 24u maar ik was er binnen de 48u. En dat voelde voor mij toen ook wel van, "ik stap op het vliegtuig en ik kom in een andere wereld terecht".

Stefaan had een hersenletsel, coma, dus dat was echt een zeer zwaar verhaal. We zijn dan met de air-ambulance... Dat was een verschrikkelijk klein vliegtuig, daar was zelfs geen toilet en daar mee moesten wij de oceaan mee oversteken. Dus dat was echt een heel onwerkelijk moment.

 

Annemie: Ja maar, wil jij dan zeggen dat jij hem hebt meegenomen naar België?

Eve: Ja, hij was een Belg..

Annemie: Ja dus ineens, was jij verantwoordelijk voor hem?

Eve: Ja, maar dat wist ik toen nog niet. Na een maand mocht hij naar huis en in zo'n situatie, bij een coma, mogen de patiënten niet teveel prikkels krijgen. En de dokters merkten al snel, als ik daar bij was en ik praatte tegen hem, werd de druk zachter. Dus ik voelde dat hij mij nodig had op dat moment.

Annemie: Dus dat verhaal gaat eigenlijk met jou aan de haal, en jij brengt hem mee terug naar Vlaanderen? En dan?

Eve: En dan is hij aan een zware revalidatie begonnen. Eerst intern in een revalidatiecentrum. Dan op een gegeven moment mocht hij op weekend gaan en zeiden ze van ja, neem hem maar mee.

En dan mocht hij ambulant worden en is hij bij mij meegegaan. Terwijl ik student was en letterlijk op kot zat.

Annemie: Maar dus, begrijp ik dat nu goe dat jij zegt dat jij eigenlijk bijna zorgverstrekker werd? Zonder het zelf te beseffen nam jij die man onder je hoede?

Eve: Ik ben daar in gerold. Ik was een prille twintiger, dus ik wist niet wat er gebeurde. Op zo'n moment wist ik niet waar ik aan begon, dus ik wist ook niet wat er een maand of een jaar later te gebeuren stond. En de instanties die gingen daar ook wel in mee. Er is niemand die op dat moment een halfuur of zelfs maar een uurtje opzij is gaan zitten om even met mij dit door te praten. Van "begrijp jij wat de verantwoordelijkheid is, wat er gebeurt, en welke instanties er zijn waarop je beroep kan doen?". Ik ging er van uit, we zijn hier in België, dat zal wel allemaal in orde komen.

Annemie: Dus je wist eigenlijk niet, dat je op dat moment, door je goeie hart te laten spreken, je die verantwoordelijkheid op jouw nam, van iemand die zorgbehoevend was?

Eve: Ja, dat klopt. Er is op dat moment ook niet wat er stond te gebeuren. Er is een periode geweest dat hij in een rolstoel zat, dat hij niet kon spreken,... Allez, op deze moment, hij spreekt hé, hij doet alles wat hij niet ging kunnen.

Annemie: Staat hij nog altijd onder jouw bescherming?

Eve: Ja, ik ben nog altijd zijn mantelzorger.

Annemie: Dat heeft jouw leven dus ongelofelijk geïmpacteert?

Eve: Ja, ja, natuurlijk. Maar ook op een goeie manier. Allez, in de twee richtingen. In de zin van, dat heeft mij als mens ook gevormd. Je leert daar skills en vaardigheden uit. En de wereld zou er oprecht mooier uit zien moesten we altijd elkaar helpen en weg gaan van die individualistische mindset. Maar dat neemt niet weg dat er een aantal dingen zeker beter hadden gekunnen en ook beter hadden gemoeten.

Annemie: Want jij was nog altijd zeer jong? Op het moment dat jij die mantelzorg bent beginnen dragen, hoe oud was jij toen?

Eve: Goh, ik was begin de twintig. Want ik weet nog dat ik toen net begonnen was met mijn rechtenstudie. Dus ik moet 22 geweest zijn. En officieel was ik natuurlijk volwassen, maar ik denk niet dat je op 22 de gevolgen van die beslissing kunt inschatten. Zelfs als je 40 bent kun je dat niet weten, maar ik zat ook in een hele andere context. Ik zat in een studeer context, dus hij had op dat moment ook geen inkomen. Dat was zo net één van de gaten in heel het systeem.

Ik heb toen als werkstudent mijn studies hervat, ondertussen was ik ook mantelzorger. En dan ben ik afgestudeerd met grote onderscheiding. En iedereen focust dan op die graad, terwijl het was wel de context waarin ik dat deed, die voor mij maakte van "toch heb ik het gedaan".

Annemie: Ja, jij bent echt wel boven jezelf uitgestegen. Was je trots op jezelf?

Eve: Ja, toch wel.

Annemie: Dat mag wel.

Eve: Nee, daar is niks mis mee;

Annemie: Dat is natuurlijk een verhaal dat een boek zou kunnen zijn. Want er zijn jou nog heel moeilijke dingen overkomen. Zo heb je bijvoorbeeld ook, een kind verloren.

Eve: Ja dat is zeker een moeilijke gebeurtenis geweest. Ik weet nog toen ik zwanger was, ik zag ze al rondlopen. Dat was ook, door het verhaal van Stefaan, waren er een aantal zaken in mijn leven uitgesteld. En ik was dan zwanger, en het was een meisje, en alles leek goed te gaan. Allez, ik leefde op een roze wolk, zo blij was ik.

En dan ineens, abrupt gaat dat mis. Mijn hart brak in duizend stukken, dat ik echt niet wist... Je hebt zo veel en zo'n intens verdriet dat je echt denkt van, gaat mijn hart ooit nog niet zo gebroken voelen?

Annemie: Gaat het nog geheeld geraken?

Eve: Ja. En tegelijkertijd heb ik daar ook... Goh, ik heb fruitboompjes in de tuin geplant. Symbolen werden toen voor mij heel belangrijk.

Annemie: En waar stonden die fruitboompjes voor?

Eve: Zodat... Eén, de fruitboompjes zouden samen groeien met het kindje, maar zij was er dan niet meer. En ik had zo het idee, als ze dan later broertjes of zusjes heeft dan gaan die fruit plukken van het boompje van hun zusje. En dat is nu inderdaad zo, dus dat zijn zo van die dingen waar ik heel veel uit haal. En ik had dan ook het gevoel van, nu moet ik leven voor ons twee.

Dus enerzijds voel je een verscheurend verdriet op zo'n moment, en tegelijkertijd denk je, ik had een leven dat haar niet gegund was. Dus ik moest mijn leven omarmen en ik dacht "nu moet ik leven voor ons twee, dat ben ik aan haar verschuldigd". Ze heeft nooit op de aarde geleefd, alleen in mijn buik. En ik draag nog steeds een stukje van haar mee, we leven nu samen. Ja, ze is een stuk van mij.

Annemie: Dus je bent dat blijven meedragen op één of andere manier. En Eve, hoe geraakt een mens over al die dingen? Je straalt, jij hebt energie. Je bent ook nog veel verder gegaan professioneel he, je hebt eigenlijk zelfs heel straffe dingen gedaan.

Eve: Ja, ik ben eigenlijk enkele jaren geleden, mij gaan bijscholen bij diverse business schools. En dat was uit nood. Het idee van hier kan iets anders, hier moet iets anders. Dat was een honger naar iets. En ik ben begonnen bij Oxford.

Annemie: Oxford, dat is echt wel high-end.

Eve: Ja, inderdaad haha. Maar dat was eigenlijk nog maar het begin, want dan ben ik nog naar Harvard gegaan, naar Kellog en dan Stanford.

Annemie: En hoe komt dat je toen zo hoog begon te mikken, wat dreef jou?

Eve: Goh, ik denk. Oxford was eigenlijk een no-brainer. Toen ik in mijn pubertijd was ben ik daar ooit eens naar toe gegaan en toen had ik heel hard het gevoel van "hier ga ik studeren".

Maar wie niet? En dan door Stefaan zijn verhaal, was mijn buitenlandse studeerdroom natuurlijk opborgen. Op dat moment was ik in mijn zorgpositie, ik was al blij met de context die ik had. En dat was een lang vervlogen verhaal, tot dan enkele jaren geleden. Toen kwam ik een programma tegen en dacht ik, dit wil ik doen! En iedereen in mijn omgeving zei van, "maar dat is helemaal niet relevant voor een advocaat, wat ga je daar mee doen?".

Maar ik wou dat toch doen en heb dat gedaan. En dat was echt een openbaring. Ik dacht "hoe, niet relevant, dit is wat wij nodig hebben". En toen kwam die honger naar meer, en dacht "ik heb dat nog nodig, en dat, en dat ook". En zo is dat een traject geworden. Dat was niet de bedoeling initieël, maar dat is het wel geworden

Annemie: En wat ben je dan nu, want je hebt de advocatuur dan achter je gelaten?

Eve: Ja en nee. Mijn grote passie is heel dat justitieel systeem aanpassen. Transformeren, laten evolueren, dat het een performant systeem wordt. Dat is één van de dingen waar ik heel hard mee bezig ben, en ook bij organisaties in het algemeen. Het werk is zo'n belangrijk stuk van ons leven, het is zo cruciaal dat mensen zich goed voelen in hun werk. En dat is mijn passie geworden. Echt die organisaties, bedrijven, instituten, advocatenkantoren, transformeren zodat dat performante systemen worden voor de mensen die er in werken en dan bijgevolg ook voor het systeem zelf.

Annemie: Eigenlijk wat jij nu met bedrijven wil doen, heb jij op een bepaalde manier met je eigen leven gedaan. Om langs alle moeilijkheden en verantwoordelijkheden op jouw pad, ben je voor jezelf blijven zorgen en heb je jezelf helemaal gevormd. Wat maakt dat zoiets kan ondanks de toch wel heftige dingen die jij hebt meegemaakt?

Eve: Goh, het zijn verschillende dingen. Eén, als een maand te veel dan reframe je naar een week. En als een week teveel is dan reframe je naar een dag. En als een dag teveel is, dan reframe je naar een uur. Stap per stap.

Annemie: Dus de moeilijke dingen probeer je kleiner te maken.

Eve: Ja, heel vaak maken we van iets klein iets groot. Dat kon ik me nooit permitteren, ik kon het me niet permitteren om van iets klein iets groot te maken. Dus ik moest gaan reframen om van iets groot, iets klein te maken. Met kleine stapjes maak je het behapbaar en daar vind je quick wins in, daar vind je moed in.

Wat bij mij ook altijd heel dankbaar was, was jezelf de vraag stellen "wat heb ik nodig"? Wat je nodig hebt zal bij iedereen anders zijn.

Annemie: Wat had jij nodig? Wat heeft Eve nodig op het moment dat het leven heel hard wordt?

Eve: Vriendschap. Mensen die oprecht zijn. Ja, ik vind dat we momenteel heel erg in een individualistische maatschappij zijn terecht gekomen waar het ieder voor zich is. En dat kan echt, maar echt een wereld van verschil maken om gewoon iemand die kleine steuntjes in de rug te geven. En het mooie daaraan is, dat we daar zelf ook heel veel voldoening uit halen. Dat blijkt ook uit onderzoek. En gewoon als mens, contact maken met de mens. In plaats van gewoon te focussen op dat eigen belang.

Annemie: Geven is krijgen, en krijgen is geven. Dat is eigenlijk één beweging.

 

Eve: Ja, en we zijn dat soms een beetje kwijt geraakt. En dat heeft een impact. Als je kijkt naar organisatieculturen, daar zijn we soms een beetje van het padje afgeraakt.

Annemie: Ja. Maar zo, met de moeilijke dingen in jouw leven, wat maakt dan dat jij overeind blijft? Dat jij kan blijven gaan? Is dat dan ook iets karakterieel?

Eve: Ja, blijven gaan haha. Ik denk ook, bepaalde karaktereigenschappen kweek je niet in een gouden mandje. Als je het hebt over karaktereigenschappen zoals veerkrachtigheid, empathie, onbaatzuchtigheid. Dat zijn van die skills die je kweekt, gaandeweg, door je ervaringen. Door ergens tegenaan te lopen en je te herpakken.

Annemie: Dus jij zegt, dat kweek je niet in een gouden mandje. Daarmee bedoel jij eigenlijk dat een harde leerschool, ook wel echt een harde leerschool kan zijn.

Eve: Ja absoluut. We zitten vaak te veel naar... Als we kijken naar succes, dan zien we die oppervlakkige laag. Terwijl heel vaak mensen die een heel ander traject hebben gehad, dat zien we niet als succes maar daar zitten zoveel competenties door hoe het leven hen gevormd heeft. En daar moeten we aandacht voor hebben.

Annemie: Ja, jij bent zelf zo één van die mensen, hooggeschoold, titels, grote universiteiten, succesvol. Maar eigenlijk kan je aan iemand niet zien waar de pijn en het verdriet zit. We gaan er vaak van uit dat succesvolle mensen heel gelukkige mensen zijn, en ook mensen die het heel gemakkelijk hebben gehad.

Eve: Ik denk dat dat vaak niet zo is. Het hangt er van af: wat is succes?

Maar ik denk dat, om succesvol te zijn heb je doorzettingsvermogen nodig. En doorzettingsvermogen kweek je vaak maar door de nodige tegenslagen op je weg te hebben. Dus succes zit niet in een titel. Succes zit wel in hoe je bent, hoe je in het leven staat en hoe je met andere omgaat?

Annemie: En als jij nu andere mensen benadert, die hard door het leven zijn aangepakt. Wat zou jij als goede raad kunnen meegeven?

Eve: Alles kan, niks is onmogelijk. En ja, blijf dicht bij jezelf. Wat is voor jou belangrijk? Go for it.

Annemie: Dat heel bijzondere verhaal dat je vertelde, over hoe je in die zorg beland bent. Die zorg neem je nog altijd op jou, moeten we dat blijven doen? Of is het soms ook niet goed om te kunnen zeggen van, "hier stopt mijn verantwoordelijkheid".

Eve: Ja goh, strikt genomen is het nooit mijn verantwoordelijkheid geweest. En eigenlijk is het dat nog altijd niet. Maar er zijn ook geen oplossingen. Nu ondertussen hebben wij ons leven zo gevormd, we hebben daar balans in gevonden. Voor nu dan toch, want je weet ook niet wat de toekomst brengt. Maar zelfs als ik morgen denk van "ik zie dit niet meer zitten". Er is gewoon geen oplossing.

Onze maatschappij heeft daar gewoon geen antwoord op. Ik heb dat ooit eens allemaal bekeken en hij is bijvoorbeeld te goed om in een instelling te zitten. Daar zijn trouwens ook lange wachttijden, maar daar past hij niet want hij heeft ondertussen ook een leven dat voor hem heel waardevol is. Maar hij is ook niet goed genoeg om alleen te wonen, want daar heeft hij ondersteuning voor nodig. Dus we zitten daar in een impasse, daar heeft de maatschappij geen antwoord op. Qua ondersteuning nu ook. En dat vind ik nu wel een enorme leemte.

Annemie: Ja, Eve, je bent nog altijd jong. Het leven zal nog veel voor jou in petto hebben. Laat ons hopen alleen maar goeds. Zeg eens, waarom vertel je dit verhaal?

Eve: Goh, ik heb u gezegd, ik heb dit verhaal nog nooit eerder verteld.

Annemie: Nee, vertel jij daar niet makkelijk over?

Eve: Neen, er zijn heel veel mensen die hier van gaan schrikken denk ik. Ik vind het wel belangrijk om het wel te vertellen. Als daar ergens een meisje of een jongen zit, die geplaatst is en die denkt ik "ik wil naar Stanford", of ergens anders. Dat ze niet denken "ik kan dat niet, want...". Maar dat ze denken hoe? Ik kan het, maar hoe ga ik het doen?

Dat is voor mij een belangrijke reframe geweest, niet van "ik kan het niet", maar hoe ga ik het doen? I"ll make it happen. En ik hoop dat ik daar iemand mee kan inspireren.

Annemie: Eigenlijk ben jij wel een rolmodel he. Op een bepaalde manier ben jij heel inspirerend voor mensen die het moeilijk hebben. Van je kan er door groeien.

Eve: Ja. Het kan rottig zijn he, ik weet hoe zwaar het kan zijn. En ik ben de eerste om daar begrip voor te hebben. Maar in elke miserie zit ook heel veel groeipotentieel. En uiteindelijk zijn het die littekens die ons vormen, maar ze maken ons niet. Ze bepalen ons niet, het is wat we er zelf mee doen.

Annemie: Ik vind dat een fantastische boodschap.

Eve: Danku!

Annemie: Dankjewel Eve, zeer sterk.